Trigeminuszenuw | hersenzenuw V / CN V beoordeling

Ga naar

Vind deze wiki op het Fysiotutors platform Lid worden

Leer

Trigeminuszenuw | hersenzenuw V / CN V beoordeling

De gevoelskern van de trigeminuszenuwen heeft drie takken:

de oftalmologische afdeling die de huid van het voorhoofd, het hoornvlies en het bindvlies bedient.
de maxillaire afdeling die de huid in het midden van het gezicht bedient
en de mandibulaire afdeling die sensorische innervatie levert aan de huid van de onderkaak en motorische vezels aan de kauwspieren, namelijk de temporalis, de kauwspier en de pterygoïden.

Zintuiglijke functie

Om de sensorische innervatie te testen worden een watje en een stompe speld gebruikt. De patiënt wordt gevraagd de ogen te sluiten. Vervolgens raken de wattenbol en de speld achtereenvolgens het voorhoofd, de malar eminentie en het ondergezicht boven de onderkaak aan. De patiënt wordt gevraagd aan te geven wanneer hij de aanraking voelt en of hij een scherp of dof gevoel heeft. Beide kanten worden vergeleken.

Een ander punt om te testen is de hoornvliesreflex. Ga naast de patiënt staan en druk het ooglid van de patiënt in. Vraag hen in de verte te kijken. Raak dan met een watje het hoornvlies voorzichtig aan. Vraag de patiënt of hij een aanraking van het hoornvlies heeft gevoeld en let op een knipperreflex in beide ogen.

Motorische functie

Om de motorische functie van de mandibulaire afdeling te testen vraagt u de patiënt de kaak samen te klemmen terwijl u palpeert voor spiertonus en spiermassa. U kunt de patiënt ook vragen de mond open te houden terwijl u hem met uw handen probeert dicht te duwen.

Onderzoek tenslotte op een overdreven kaakreflex. Plaats een wijsvinger op de kin en tik erop met je reflexhamer. Normaal zou je een lichte sluiting of helemaal geen reflex waarnemen.